donderdag 23 juni 2016

GauGin I & II





GauGin London Dry Gin.




Vandaag nemen we een nieuwe Belgisch - Spaanse gin onder de loep, eentje die we eigenlijk al ruim een maand geleden leerden kennen en reeds uitgebreid mochten testen in het bijzijn van de ontwerper. “Belgisch – Spaans” zeg ik, omdat de roots van deze gin in Spanje liggen, maar hij wordt wel in België geproduceerd.


Laten we beginnen met die “roots”:


De GauGin is het geesteskindje van de heer Paul Van Den Heuvel, een uitgeweken Belg die zich gevestigd heeft in het Andalusische dorpje Gaucin.


In Gaucin beheert Paul een boerderij van ongeveer 16 hectare groot die vol staat met allerhande bomen die noten, kastanjes, sinaasappels en citroenen voortbrengen. Paul kweekt er ook een groot assortiment kruiden: rozemarijn, salie, lavendel, tijm, ...


Het dorpje Gaucin ligt op een hoogte van 700m en het is deze hoogtegraad die er eigenlijk voor zorgt dat al het fruit en de kruiden van hoge kwaliteit zijn.


Door de hoogte zakt de temperatuur in de winter immers tot tegen het vriespunt maar ze zorgt er ook voor dat het in de zomer niet snikheet wordt in Gaucin waardoor het fruit langer nodig heeft om te rijpen en het suikergehalte dus heel hoog ligt.


Hoe hoger het suikergehalte, hoe gemakkelijker het is om hier alcohol van te maken en hoe puurder en beter de alcohol zal zijn.


Naast het kweken van vruchten en kruiden houdt Paul zich ook bezig met het maken van honing en het is nu juist deze honing die aan de basis ligt van dit nieuwe gin verhaal!


Paul speelde al een hele tijd met het idee om een bier te maken met zijn honing, maar hij miste daar de kennis en de know how voor.


Tijdens een etentje in het sterrenrestaurant “Pure C” van Sergio Herman dronk Paul op een dag een erg lekker biertje en vroeg zich af of de producent geen interesse zou hebben om zijn honingbiertje te brouwen. Om een lang verhaal een beetje korter te maken: na een tijdje kwam Paul uit bij Bas en Hildegarde Van Ostaden van Bassets Craft Distillery die we al kennen van de Bassets en de Message gin.


Na het proeven van deze gins verlieten ze het idee van een honingbier en begonnen ze samen na te denken over de creatie van een gin.


Paul vertelde Bas en Hildegarde over zijn boerderij in Spanje en nodigde hun uit om ter plaatse te komen proeven van zijn heerlijke vruchten en kruiden. Zo gezegd, zo gedaan, Bas en Hildegarde bezochten Paul tijdens hun vakantie en al snel na het proeven twijfelde Bas er geen moment meer aan dat hij van deze superieure vruchten een hele lekkere gin zou kunnen maken. Sterker nog: hij maakte zelfs meteen twee variaties! De GauGin I  (sinaasappel) en II (citroen) waren geboren!


De botanicals die de producenten vrijgeven zijn:


  • jeneverbessen
  • sinaasappels
  • wilde rozemarijn
  • wilde tijm
  • lavendel
  • wilde salie


Daarnaast worden nog andere ingrediënten gebruikt, maar die blijven geheim.




TASTING NOTE:




GauGin I :


Neus:


Het eerste waar ik aan moet denken is de geur van de sinaasappelplantage die ik elk jaar bezoek op vakantie, zo eentje die vol hangt met rijpe vruchten.


Cointreau is het tweede dat me voor de geest komt, je kan dus gerust zeggen dat de sinaasappel overduidelijk aanwezig zijn.


Een vrij zoete neus maar met een rare twist in. Wat zou dat zijn? Het lijkt wel een licht gerookte kruidigheid zoals van gerookte rozemarijn. Waar die rokerigheid vandaan komt kan ik niet zeggen, ik dacht zelfs dat ik ernaast zat, maar na elke proefronde kreeg ik het, dus het zit er wel degelijk in.


Daarna komen de jeneverbessen, samen met een bescheiden florale geur (oranjebloesem?)


Na toevoeging van water wordt hij nog fruitiger, de sinaasappels doen duidelijk hun werk, maar de Cointreau maakt wel plaats voor een iets minder zoete toets, iets wat me doet denken aan Spa Orange. Ja, ik weet het, het klinkt echt belachelijk, maar ik bedoel het niet negatief!


Je zou eigenlijk ook simpelweg kunnen zeggen dat de sinaasappelen de geur voor 90% overheersen.






Smaak:


Een vrij zoete aanzet met weeral overduidelijk sinaasappel, kruidig pikant is hij ook! Mooi vettig rond is het volgende wat ik krijg, en weeral zo een licht gerookte kruidigheid, rozemarijn, koriander, liswortel, jeneverbessen en een aangename rondheid van amandelnoten.


Na toevoegen van een paar druppels water verdwijnt de kruidigheid een beetje en komt het fruitige nog meer naar voren.




Finish:


Een lange droge finish met een mooi bitter einde.


De gin is lekker dik in het glas en laat vrij dikke tranen achter na het walsen.






GauGin II :






NEUS:


Onmiddellijk veel complexe florale geuren, rozemarijn,  salie en jeneverbessen, ook de citroen laat zich gelden maar zonder te overheersen, koriander is er ook. Het is eigenlijk wel een vrij zoetige neus, zeker na toevoeging van een paar druppels water. Ik heb er lang over nagedacht maar toen had ik het: gekonfijte citroen!  Wellicht krijg ik die geur door het gebruik van engelwortel.






Smaak:


Hier heb ik overtuigend kruiden als rozemarijn en salie, een echte frisse kruidenkoek. Dan komt de koriander er bij en wordt hij licht pikant. De liswortel en de amandel zitten er terug in en zorgen ook hier weer voor een mooie rondheid van alle smaken samen.


Net zoals in de neus is de citroen ook hier meer  aanwezig op frisheid dan als basissmaak.


Ik omschrijf hem nog het best als een complex, fris en  kruidig beestje die de binnenkant van mijn lippen mooi droog maakt.




Finish:


De finish is lang met een kruidige droogheid die mooi eindigt met een honingachtig aroma, maar hij is zeker niet zoet!








Gin & tonic:






We kregen het voorrecht om Paul onze perfect serves voor te schotelen en samen met hem een aantal combo’s te mogen testen tot ze goed bevonden werden! 


GauGin I:


Tonic:


Ik opteer hier voor de Erasmus Bond Classic of  de Thomas Henry Tonic. Deze twee pure tonics laten de gin mooi doorkomen.




Garnituur:


Ik opteer voor een mediterraans koppel van sinaasappelzeste en een klein takje rozemarijn, samen met een paar Tasmaanse peperbessen.








GauGin II :


Tonic:

Door het complexere DNA van deze gin kies ik hier voor de Erasmus Bond Botanical. Deze tonic zorgt voor een droge, frisse Gin & Tonic die de complexiteit hoog in het vaandel draagt.

Garnituur:

Hier kunnen we twee richtingen uit: ofwel accentueren we de citrus en dan kies ik voor een combinatie van citroentijm en een zeste van citroen, ofwel  brengen we de kruidigheid naar voren en dan opteer ik voor een blaadje salie met een zeste van citroen.





Conclusie:

De beide Gaugins zijn perfect in balans maar ook compleet verschillend!

De I is extreem fruitig, maar wel met een droge, bittere finish.

De II daarentegen is een kruidige, complexe gin met een ondertoon van citroen.

Je kan dus gerust zeggen dat er in het GauGin gamma voor elk wat wils is!


Score:

Omdat mijn wederhelft en ik allebei fan zijn, wil ik zowel de GauGin I & II altijd in mijn bar staan hebben!

De sinaasappel versie voor mijn wederhelft en de complexe kruidige citrus versie voor mij.

Daarom geef ik de GauGin I een welverdiende 4,3 op 5!

Omdat mijn persoonlijke voorkeur uitgaat naar de GauGin II krijgt die een mooie 4,4 op 5.



 Scores:


0 op 5 staat voor:

Opgepast! Afblijven! Hier word je blind van!


Tussen 1 en 2 op 5 staat voor :

Juist goed genoeg om de afvoer mee te ontstoppen!


Tussen 2 en 3 op 5 staat voor:

Enkel geschikt om mijn verfborstels mee uit te wassen!


Tussen 3 en 4 op 5 staat voor:

OK, dit is gin, maar verder ook niets en vind ik niet meer de moeite om te kopen


Tussen 4 en 4,4 op 5 staat voor:

Alright! Nu komen we er! Hier word ik al blij van! Die ga ik zeker nog eens kopen!


Vanaf 4,5 op 5 staat voor: 

Yes! Geef me meteen maar een hele doos! Heel erg mijn ding! Top twintig materiaal!


5 op 5 staat voor:

Is nog niet gemaakt of ben ik in de 457 gins die ik al geproefd heb nog nooit tegen gekomen!



De verdeling van dit pareltje is oa in de handen van Heinz Van Roye.



Neem zeker ook eens een kijkje op

















Auteur:  G.V. van Gin Ur Way

Eindredactie : K.H. van G&Teasing


Zonder toestemming van de auteur mag niks uit deze tekst worden overgenomen!





dinsdag 21 juni 2016

Mean Louie's gin


Toen we vorige maand bij G&Teasing en Gin UR Way gecontacteerd werden door de mensen achter MeanLouie’s Gin werd onze nieuwsgierigheid meteen geprikkeld. Een Belgische (cold) compound gin? Daar moesten we het fijne van weten!

 

MeanLouie’s Gin is een product van drie vrienden: Bjorn De Winter, Martijn Vermeulen en Lode Claus (jullie misschien bekend als zaakvoerder van Kruiden Claus uit Kruishoutem).

Ook al lijken logo en naam van de gin zo weggelopen uit de film “Gangs of New York” van Martin Scorsese, de etymologie er achter is heel wat eenvoudiger: de gin dankt zijn naam aan een samensmelting van enkele letters uit de namen van de ontwerpers!

 

Oorspronkelijk wilde het drietal met hun gin naar een distilleerderij trekken om hem daar te laten produceren, maar toen ze enkele vrienden van hun “protogin” lieten proeven (een experimenteel mengsel dat ze zelf thuis maakten), besloten ze de productie in eigen handen te houden en onafhankelijk te blijven. Dat verklaart meteen hun keuze om te opteren voor een compound of “bathtub gin” en niet voor een gedistilleerde.

 

Deze manier van produceren is historisch gegroeid in Amerika tijdens de drooglegging, de zogenaamde “Prohibition”,die de productie en de verkoop van alcohol illegaal maakte van 1920 tot 1933. Ondernemende Amerikanen zetten al gauw een tegenbeweging op poten die niet alleen leidde tot het ontstaan van de zogenaamde “speakeasies” (ondergrondse clubs die enkel toegankelijk waren met een paswoord en waar illegaal sterke drank werd geschonken) maar ook “boose cruises” naar het buitenland tot gevolg had en aanleiding gaf tot grootscheepse smokkel en “bootlegging” (smokkelaars verstopten de flessen in hun hoge laarzen of “boots” en plakten ze vast tegen hun benen of “legs”, vandaar de term).

Een andere manier om gin op de markt te brengen en zo aan de steeds grotere vraag te voldoen was natuurlijk zelf illegaal gaan stoken. Het produceren van “moonshine”, zo genoemd naar het nachtelijk stoken van sterke drank, enkel bijgelicht door de gloed van de maan om geen argwaan te wekken, werd populair. Gin was daarvoor een dankbaar product omdat het, in tegenstelling tot bijvoorbeeld whisky of rum, geen rijping op houten vaten nodig had. Het mengen van een basisalcohol met een essentie van jenever en aanlengen met water, dat hadden de Engelse gin shops in de vorige eeuw al geleerd, was makkelijk thuis te doen. De ideale plaats om dat te doen was de badkamer, de ideale mengkuip met de beste afmetingen daarvoor was ... de badkuip! Vandaar dat illegale gin tijdens de prohibition bekend ging staan als “bathtub gin”!

 

Het procédé is vandaag aan een revival toe, denken we maar aan het succes van Butler’s Gin of zeker aan dat van de Professor Cornelius Ampleforth’s Bathtub Gin. Ook onze drie vrienden gaan dus op een gelijkaardige manier te werk: er wordt een alcohol van 96% aangekocht bij een lokale stokerij waarin ze met de hand geplette jeneverbessen een hele poos laten macereren. Daarna worden gedroogde en verse botanicals toegevoegd, die op hun beurt een tijd weken in het macereervat. De ruwe gin wordt vervolgens aangelengd met water tot op 37,5 graden, het Europese wettelijke minimum voor gin. Daarna wordt alles dubbel gefilterd en eigenhandig op flessen getrokken, gelabeld en genummerd. Elke “batch” heeft een maximale productiecapaciteit van 50 halve liter flessen. Omdat de makers niet de ambitie hebben om hun gin in elke drankcentrale aan de man te brengen, deels vanwege de beperkte productiecapaciteit, deels om het exclusieve karakter te bewaren, is Mean Louie’s Gin enkel online via http://www.ginkingshop.com/ te verkrijgen.

Leuk en lovenswaardig detail: per verkochte fles gaat een halve euro naar een goed doel, de Vrienden der Blinden uit Koksijde!

Deze Mediterranean is de eerste gin in het Mean Louie’s Gin gamma en verwijst naar de vele roadtrips die de drie vrienden de laatste jaren maakten rond de Middellandse Zee. We kunnen onze lezers nu al exclusief verklappen dat er al plannen zijn voor een tweede gin, gebaseerd op een reis naar Amerika!

 

Botanicals:

  • jeneverbessen
  • rozemarijn
  • gedroogde citroenverbena
  • korianderzaad
  • kardemom
  • roze peperbessen
  • verse limoen
  • sinaasappelzeste
  • een aantal botanicals die de makers "geheim" willen houden.


 

Goed, tijd om te proeven! Dat doet Glenn van Gin UR Way naar goede gewoonte steeds blind en zónder vooraf reviews te lezen of de samenstelling van de botanicals te kennen, om zich niet te laten beïnvloeden. Het is immers al te gemakkelijk om door middel van wat knip-en-plak-werk nietszeggende “proefnotities” samen te harken, een kwalijke gewoonte die helaas schering en inslag is in het ginwereldje.  

 

Tastingnote door Gin UR Way:

 

Neus:

Het eerste waar ik aan moet denken is de geur van verbrande koffie die dan evolueert naar karamel. Daarna komen de kruiden er bij, maar wel de geur van frisse kruiden, genre citroenverbena. Kardemon en citrus krijg ik ook, daarna komt er een heel lichte geur van rozemarijn en citroentijm bij. Jeneverbessen zitten er natuurlijk ook in, maar dan wel in hun puurste vorm.

 

Smaak:

Direct vrij pikant (zeker voor “maar” 37,50%), kruidig, vrij speciaal (door de jeneverbessen, straks meer daarover),de eerste nip zit hoog op citrusfruit, dan komen er citroenverbena en citroenmelisse bij en ook de kardemon. De rozemarijn komt iets sterker door dan bij de geur. Wat ik zeker ook krijg zijn ongecompliceerde jeneverbessen! Ik spreek zelfs van “vuile” jeneverbessen, die een licht verbrande smaak geven. Dat komt natuurlijk omdat we hier te maken hebben met een compound gin die na maceratie niet meer opnieuw opgestookt is, waardoor er een beetje “vuile” smaken achterblijven. Let wel, ik zeg eigenlijk beter “ruwe” smaken, want “vuile” klinkt negatief en dat is het absoluut niet.

 

Finish:

Middellange, licht plakkerige afdronk die mooi pikant eindigt.

 

Conclusie:

Die is eerder tweeslachtig. Ben je op zoek naar een gin met historische ruwe smaken dan zit je hier zeker aan het juiste adres. Ben je evenwel op zoek naar een zuivere gedistilleerde gin die zacht is van smaak, dan blijf je hier beter van weg.

Wie houdt van een karaktervolle, vrij ruwe, op kruidige citrussmaak gebaseerde gin moet deze Mean Louie zeker eens een kans geven! Een gin met ballen!

 

Score: 4/5 (puur) en 3,7/5 (in een G&T)

 

Gin & Tonic:

Tijdens de lange en lastige zoektocht naar een perfect serve deed Mean Louie zijn naam alle eer aan: een ventje dat – zoals op het etiket – “gemeen” uit de hoek kan komen! Waar veel tonics faalden en niet het gewenste smaakeffect opleverden, hield G&Teasing het op een combo met Britvic, verse citroenverbena en een partje limoen, terwijl Gin UR Way koos voor een mix van 1724, citroenverbena en een zeste van sinaas. Als doorgewinterde gindrinkers waren beiden het echter roerend eens: puur is ie op zijn best!

 

Auteurs: K.H. van G&Teasing en G.V. van Gin UR Way

Eindredactie : K.H. van G&Teasing

Zonder toestemming van de auteurs mag niks uit deze tekst worden overgenomen!